Platform voor buurtontwikkeling

Staatsbuurten

Het alledaagse buurtleven dreigt een beleidscategorie te worden
Blog
afbeelding van Nico de Boer  
18 juli 2017
Staatsbuurten

Foto: jev55 (Flickr Creative Commons)

 

Terwijl u dit leest, dreigen honderden bestuurders, ambtenaren en andere beleidsmakers ons land een ramp te bekokstoven: staatsregulering van het alledaagse buurtleven.

 

 

In de ene gemeente heet het ‘de sociale basisinfrastructuur’, in de tweede kortweg ‘de sociale basis’, in een derde ‘de dragende samenleving’. Wat er in alle gevallen mee wordt bedoeld is de aangeboren bereidheid van mensen om zich als sociaal burger te gedragen: zorgzaamheid, betrokkenheid, een pannetje soep voor de zieke buurman, de kinderen van hiernaast opvangen, de buurt-whatsappgroep, de buurt-BBQ, de buurtvaders, de buurtmaatjes, het buurthuis in zelfbeheer plus de laagdrempelige welzijnsvoorzieningen daaromheen.

Het alledaagse buurtleven als beleidscategorie

Dat alledaagse buurtleven was al langer een begeerlijke schat voor beleidsmakers, maar de noodzaak om die schat te benutten is actueel geworden door het relatieve falen van de sociale wijkteams. Die slibben immers nog steeds dicht met de individuele aanpak van schijnbaar individuele problemen. Dat we daarmee de transformatie van de verzorgingsstaat niet redden, wordt steeds duidelijker. En dus lijkt nu de volgende uitdaging om na het sociaal werk ook het alledaagse buurtleven bij de staat in te lijven.

Nog onlangs organiseerden Movisie, Sociaal werk Nederland en de directeuren sociaal domein van de grote gemeenten (NDSD) hierover een ‘diner pensant’. Vertrekpunt was de gedeelde bezorgdheid over de vraag of de sociale basis wel stevig genoeg is, ook voor kwetsbare medemensen. Een select gezelschap van hoge ambtenaren, onderzoekers en adviseurs sprak tijdens de dis over de ‘doorontwikkeling van de sociale basis’ teneinde ‘inzicht te verkrijgen in die aspecten van de sociale basis die een cruciale bijdrage kunnen leveren aan de transformatiedoelstellingen’. Dat heeft immers ‘consequenties voor hoe gemeenten willen sturen op de sociale basis’. Vraag is bijvoorbeeld, hoe de sociale basis ‘als voorportaal kan dienen voor de sociale wijkteams’. Eerlijk is eerlijk: bij het dessert drong nog net het inzicht door dat ‘bewoners een belangrijke partner vormen in deze coalitie’ – best jammer dus dat die niet aan tafel zaten.

Wat gaat hier mis? Niet dat de oude verzorgingsstaat hoopt dat gewone buurtbewoners zich om elkaar blijven bekommeren. Sterker nog: zonder erkenning van dat universele bekommer­vermogen is de verzorgingsstaat al over enkele maanden failliet. Mooi dus, die bezorgdheid. Wat er mis gaat, is dat het alledaagse buurtleven een te sturen beleidscategorie dreigt te worden: staatsregulering dus.

Houd eens op met schematische visies van bovenaf

Wie wil weten hoe riskant dat is, zou de sociologische klassieker ‘Seeing like a state’ van James Scott (1999) er eens op na moeten slaan. Scott analyseert onder meer de gedwongen collectivisering in de Sovjet-Unie en Tanzania (de ujamaa dorpen), de ‘Grote sprong voorwaarts’ in China maar ook vreedzamer verlopen fenomenen als de bouw van de stad Brasilia en de opkomst van de rationele bosbouw. Allemaal liepen die aanvankelijk goedbedoelde pogingen om het menselijk bestaan te verbeteren mis. Soms in gewone miskleunen, soms ook in massamoord. Kern was steeds dat grote schematische visies van bovenaf geen rekening hielden met de complexiteit van (maatschappelijke) relaties. Concreet door een combinatie van centrale administratieve ordening, blind vertrouwen op de rationele kracht van wetenschap, de bereidheid om staatsmacht in te zetten en het ontbreken van effectieve burgermacht. Natuurlijk: Stalin, Nyerere, Mao en Le Corbusier zijn dood, maar hun gedachten leven voort. U bent gewaarschuwd.

 

Lees meer over:
afbeelding van Nico de Boer  

Nico de Boer

Nico was zelfstandig onderzoeker en auteur op het gebied van welzijnswerk en wijkgericht werken. Hij overleed in oktober 2019 aan de gevolgen van ALS.

Lees meer: