Platform voor buurtontwikkeling

Over Saul Alinsky

De vader van de samenlevingsopbouw
Artikel
3 mei 2016
Saul Alinsky

Saul Alinsky (Still uit een interview, 1967)

Sinds kort staat de naam van Saul Alinsky (1909-1972) opnieuw in de belangstelling. President Barack Obama refereerde in zijn toespraken een aantal keer naar Alinsky en noemde hem een bron van inspiratie. Maar wie is die Saul Alinsky eigenlijk, en wat voor inspiratie heeft hij te bieden?

 

President Barack Obama refereerde in zijn toespraken een aantal keer naar Alinsky en noemde hem een bron van inspiratie. Ook Hillary Clinton heeft wat met Alinsky, ze wijdde zelfs haar proefschrift aan de activist. Maar wie is die Saul Alinsky eigenlijk, en wat voor inspiratie heeft hij te bieden?

Alinsky werd geboren in 1909 in een arme wijk in Chicago en groeide op in een orthodox Joods gezin waar veel nadruk lag op studie, werk en geloof. Chicago is ook de stad waar Jane Addams het Hull House startte, en dat is niet de enige parallel in hun werk. Alinsky was niet meteen een sociaal activist, hij studeerde af in archeologie. Maar de economische crisis van de jaren 30 betekende dat er geen werk was. Als alternatief op werk en onder invloed van zijn betrokkenheid bij de vakbondsacties van mijnwerkers en de stadssociologen Robert Ezra Park en Ernest Burgess van de Chicago School raakte Alinsky betrokken bij de samenlevingsopbouw in de achterstandswijken van Chicago. Zijn eerste grote project was de Back of the Yards wijk, een arm gebied aan de rand van de vleesverwerkende industrie in het noorden van de stad. Enige tijd later verschoof zijn werk naar de Woodlawn wijk in het zuiden van de stad. Hij was erg goed in het activeren van bewonersgroepen, zo goed dat hij begon rond de reizen en doorheen de USA groepen opstartte en/of ondersteunde. 


Eerste handleiding voor de opbouwwerker in 1946

In 1940 richtte Alinsky de Industrial Areas Foundation (IAF) op, een netwerk van lokale religieuze of wijkgroepen. De organisatie is vandaag de dag nog steeds actief. Het was ook de inspiratie voor vergelijkbare netwerken van bewonersgroepen. Enkele jaren na de oprichting van IAF, in 1946, publiceerde Alinsky zijn eerste handleiding voor de opbouwwerker: Reveille for radicals. In 1971 kwam daar een vervolg op met Rules for radicals. Beiden zijn verschillende keren herdrukt en vertaald. Rules for radicals verscheen in 1974 in het Nederlands onder de titel Dat hoef je niet te nemen!
 

'Samenlevingsopbouwwerk gaat over een stem geven aan de armen en onderdrukten, niet over hun stem zijn'

Zonder twijfel kan Alinsky omschreven worden als de vader van de samenlevingsopbouw, zowel door zijn eigen acties en publicaties als door de inspiratie die hij was voor anderen. In Nederland was dat bv. Piet Reckman met zijn bekende boek Sociale aktie uit 1971. Samenlevingsopbouw is in de ogen van Alinsky DE manier om levensomstandigheden te verbeteren. Zo zei hij: “to hell with charity. The only thing you get is what you are strong enough to get – so you had better organize.”. Alinsky benadrukte steeds dat samenlevingsopbouw een bottom-up activiteit was, gericht op het geven van instrumenten tot sociale veranderingen aan de armen en onderdrukten. Het ging niet om het bereiken van een bepaald doel, maar om hen de middelen te geven hun eigen doelen te bereiken. Samenlevingsopbouwwerk gaat over een stem geven aan de armen en onderdrukten, niet over hun stem zijn.

Creatief actievoeren: scheet-in

Alinsky zal ook steeds herinnerd worden omwille van zijn creativiteit bij acties, of ze nu daadwerkelijk uitgevoerd werden of hij er alleen mee hoefde te dreigen. Zo organiseerde hij een huurstaking tegen huisjesmelkers, een sit-in op het kantoor van de burgemeester, een pis-in op de luchthaven van O’Hare (waarbij alle toiletten permanent in gebruik bleven tot overleg opgestart werd) en dreigde hij met een scheet-in tijdens een chique concert, waarbij de demonstranten eerste een zware maaltijd van bonen zouden nuttigen.

 

Dit artikel is eerder gepubliceerd op Canon Sociaal Werk en geschreven door Jan Steyaert, redacteur van Canon Sociaal werk.