Platform voor buurtontwikkeling

Zonder taal kun je niet meedoen

Vier tips om laaggeletterdheid aan te pakken
Artikel
afbeelding van diniev  
29 juli 2021
Bijeenkomst met mensen over project in Drachten

Eigen foto

De bibliotheek, huis van boeken? Dat is al lang niet meer zo. Dinie van der Velde werkt als Aanjager Aanpak Laaggeletterdheid voor de bibliotheek in Drachten. Vandaag vertelt zij hoe ze verbinding legt tussen het educatie-aanbod bij de bibliotheek en de buurt.

De buurt is een uitstekende plek om te werken aan de aanpak van laaggeletterdheid. In Drachten, gemeente Smallingerland, hebben we dat de afgelopen anderhalf jaar vooral gedaan in de wijk De Bouwen. Dit is een wijk waarvan we weten dat er relatief veel laaggeletterden wonen. Vanuit een eerder project in 2016-2018 van het CINOP, gefinancierd door het landelijk actieprogramma Tel Mee Met Taal, hebben we in deze wijk al alle professionals getraind op het herkennen en doorverwijzen van laaggeletterden. Voor ons was het daarom een logische stap om in het vervolg van dit project óók contact te gaan leggen met de buurt zelf.

Laaggeletterdheid is nog steeds heel actueel. 2,5 miljoen Nederlanders hebben grote moeite met lezen, schrijven, rekenen en vaak ook computeren. Dit zijn de basisvaardigheden die je nodig hebt om goed mee te kunnen doen in onze samenleving. Ben je er niet zo goed in, dan loop je in het dagelijks leven tegen allerlei praktische uitdagingen aan. Het maakt je kwetsbaar en afhankelijk.

Als je weinig taal hebt, is het ontzettend moeilijk om een renovatieproject goed te kunnen overzien

67% van de laaggeletterden heeft Nederlands als moedertaal. Veel van deze mensen schamen zich, hebben negatieve schoolervaringen of zijn zich niet bewust van hun laaggeletterdheid (‘Ik kan wel lezen en schrijven, ik begrijp alleen niet alles’). In de buurt probeer ik, samen met collega’s van het opbouwwerk en andere professionals, uit te vinden hoe we voor deze mensen de drempels naar basiseducatie kunnen wegnemen.

Tip 1: Maak bekend met laaggeletterdheid

Toen wij in de wijk in gesprek gingen met actieve bewoners (leden van flat- en wijkraden, vrijwilligers in het buurtcentrum), merkten we al snel dat ze weinig wisten over laaggeletterdheid, terwijl het in hun omgeving veel voorkomt. Dus vertelden wij ze meer over: wat is laaggeletterdheid, hoe herken je het en wat kun je eraan doen.

Het is belangrijk dat veel mensen in de samenleving laaggeletterdheid herkennen. Zo kunnen ze mensen die moeite hebben met lezen en schrijven beter helpen. Bekendheid geven aan laaggeletterdheid in de buurt kan via gesprekken, zoals wij deden, maar ook bijvoorbeeld via de buurtkrant of de facebookpagina van de wijk.

Tip 2: Sluit aan bij wat er leeft en gebeurt 

Om nieuwe bewoners te ontmoeten, sloten we aan bij activiteiten in de wijk. Zo schoven we aan bij bestaande koffiemomenten in het buurtcentrum en organiseerden we zelf ontmoetingsmomenten. Dit deden we onder andere in een deel van de wijk waar de woningcorporatie een ingrijpende renovatie uitvoerde.

Als je weinig taal hebt, is het ontzettend moeilijk om zo’n groot renovatieproject goed te kunnen overzien, merkten we. Het informatieboekje van de woningcorporatie, de informerende brieven van de aannemer; ze zorgden soms meer voor verwarring dan voor duidelijkheid bij de bewoners. Gelukkig hield de woonconsulent van de woningcorporatie twee keer per week een inloopspreekuur in de straat. Bewoners konden er terecht met al hun zorgen en vragen en maakten daar ook dankbaar gebruik van. Het laat maar weer eens zien hoe belangrijk de mogelijkheid tot persoonlijk contact is voor mensen die moeite hebben met lezen en schrijven.

Een veilige, vertrouwde omgeving is dé basis voor educatie

Toen we vanuit dit renovatieproject zelf probeerden om bewoners toe te leiden naar cursussen in de bibliotheek, mislukte dat faliekant. Het leerde ons dat we er nog lang niet zijn en dat de stap naar basiseducatie echt nog heel groot is. En dat leidt ons naar de derde tip.

Tip 3: Breng de basiseducatie bij de mensen

‘Wat wil jij leren?’, dát is de vraag waar het om draait. Basiseducatie moet dus goed aansluiten op wat mensen zelf willen leren of waarin mensen zichzelf willen ontwikkelen. Aansluiten op problemen die mensen ervaren of talenten die mensen hebben is een voorwaarde. Denk daarom flink out-of-the-box bij het creëren van aanbod en heb oor voor de mensen waar het om gaat. 

Zorg dat de cursus gehouden wordt op een plek dichtbij de mensen, bijvoorbeeld in hun eigen buurt. Omdat de stap naar basiseducatie zo groot is, is het belangrijk dat de plek waar educatie plaatsvindt veilig en vertrouwd is.

In Smallingerland brachten wij de cursus Voel je goed! succesvol naar de wijk. Deze cursus gaat over gezonde voeding en meer bewegen. Hij is speciaal bedoeld voor mensen die graag informatie krijgen in eenvoudige taal. Behalve dat de deelnemers aan de slag gaan met gezondheidsvaardigheden, werken zij tijdens de cursus ook aan hun taal.

Tip 4: Maak instappen eenvoudig

Juist omdat het vaak zo’n grote stap is om weer te gaan leren, is het van belang om de instap eenvoudig te maken. Dit kun je bijvoorbeeld doen door een proefles te organiseren in de buurt. Op die manier kunnen mensen ervaren of de cursus iets voor ze is, zonder dat ze al ergens aan vast zitten.

In Smallingerland zijn we nog lang niet klaar met de aanpak van laaggeletterdheid in de buurt. We willen heel graag ontmoeting in de wijk verder verstevigen en uitbouwen. Want een veilige, vertrouwde omgeving is dé basis voor educatie. 

Lees meer over:
afbeelding van diniev  

diniev

Kunnen lezen, schrijven, rekenen of computeren is niet voor iedereen in Nederland vanzelfsprekend. De impact van weer leren lezen en schrijven is groot.

Lees meer: