Het kabinet maakte op woensdag 6 mei een 'routekaart' bekend. Daarop staat welke sectoren en organisaties weer kunnen opstarten, en wanneer precies. Wat betekent dit voor dorpshuizen, buurthuizen en wijkondernemingen?
- Home
- corona
De corona-uitbraak heeft onze wereld verkleind. We moeten het vooral doen met ons eigen huis, het ommetje in de buurt en het rondje op de fiets. Voor deze nabije wereld hebben we meer oog gekregen. Blind en doof liepen we er altijd langs, nu valt de bloeiende boom op en horen we het gekwinkeleer van de merel.

Week 1

In een eerder artikel worden de afwegingen voor sociaal werkers - om in deze tijd wel of geen fysieke ontmoetingen op te zoeken - uiteen gezet. De mogelijkheden om op een andere manier contact te hebben, spelen hierbij uiteraard ook een rol.

Foto: Joke Meindersma
Sociaal-cultureel centrum De Musketon in de Utrechtse wijk Lunetten is dicht. Waar het normaal gesproken een komen en gaan is van mensen die bijvoorbeeld naar de bibliotheek, de fitness of de speel-o-theek gaan, is het nu stil.

In werkelijk alle buurten, dorpen en straten zie je onderlinge hulp en solidariteit, hartverwarmende acties en initiatieven, creatieve ideeën om met elkaar in contact te kunnen blijven. Is dat voor zo lang de coronacrisis duurt? Of blijft daar iets van over als we elkaar weer mogen zien, huggen en ons ‘gewone leven’ weer mogen oppakken?

Onder fysieke ontmoeting verstaan wij dat mensen elkaar zien in levende lijve, maar ze hoeven elkaar hierbij niet aan te raken. Vaak wordt dit face-to-face contact genoemd. Het gaat dus om contact anders dan telefonisch en online contact.

Rennen of verstijven, twee overlevingsmechanismen die mensen vertonen in crisistijd. Het nieuws van een ‘intelligente lockdown’ is nog niet ingedaald en de een staat al in de startblokken met een hoofd vol ideeën. De ander daarentegen, kijkt vol ongeloof voor de zoveelste keer naar de persconferentie en vraagt zich verdoofd af: wat nu?

Foto: Djuna Buizer
Als iemand die direct opstaat en weg marcheert zodra ze door de bewaking op een festivalterrein verzocht wordt het terrein te verlaten, heb ik mezelf snel in de vrijwillige fysieke isolatie gedaan. Ik doe dat omdat ik mijn medemens zo goed mogelijk wil beschermen en de zorg wil ontlasten.

Foto: Suzanne van Rijn
Normaal rijden mijn collega’s van DOCK Haarlem en ik wekelijks in onze rode Buurttuk door Haarlem Oost. We bellen aan bij bewoners en nodigen hen uit om op straat koffie en thee met elkaar te drinken. Door de coronamaatregelen is dit Bakkie in de Buurt niet meer mogelijk.