Sociaal werkers: blijf in contact

In een eerder artikel worden de afwegingen voor sociaal werkers - om in deze tijd wel of geen fysieke ontmoetingen op te zoeken - uiteen gezet. De mogelijkheden om op een andere manier contact te hebben, spelen hierbij uiteraard ook een rol. We delen een aantal punten om rekening mee te houden met betrekking tot contact en ontmoeting.

Alternatieve communicatiemiddelen

Vraag waar iemand behoefte aan heeft en bekijk of dat – op een alternatieve manier - geregeld kan worden. Dit kan bijvoorbeeld vaker kort telefonisch contact zijn, of door derden of lokale initiatieven in te schakelen. Een ander idee is om kort op bezoek te gaan, zonder naar binnen te gaan. Denk hierbij goed aan de RIVM-richtlijnen.

Wanneer telefonisch en/of online contact houden met de doelgroep wordt ingezet, zijn er diverse mogelijkheden. Kijk hierbij naar veiligheid en wat er binnen je organisatie mogelijk is. In het BPSW Coronadossier vind je informatie over veilig online contact. Voor telefonisch contact heeft onder andere Valente een praktische handleiding opgesteld. Sociaal Werk Nederland verzamelt ook voorbeelden van alternatieve manieren en ook op Zorg van NU zijn meer tips over hulpverlening  en contact op afstand te vinden.

Aandacht voor het gemis aan nabijheid

Het bespreken van ‘het missen van contact met anderen’ is nu veel minder taboe. Alleen het delen hiervan kan al een opluchting zijn (‘ik ben niet de enige’). En bij anderen weer voor herkenning zorgen. De publicatie 'In gesprek over eenzaamheid' geeft praktische tips over het bespreken van gevoelens van eenzaamheid. Wijs mensen eventueel ook op de mogelijkheden van bijvoorbeeld de Luisterlijn, waar iedereen - altijd en anoniem – contact kan zoeken via telefoon of chat.

Openstelling op afstand

Organisaties gaan verschillend om met de openstelling van kantoren. Het is soms mogelijk om het kantoor zo in te richten dat er genoeg fysieke afstand is (minimaal anderhalve meter tussen hulpverlener en bezoeker én bezoekers onderling). Zo kunnen inwoners mogelijk tóch op locatie geholpen worden met vragen. Hierbij is het belangrijk dat er zich zo min mogelijk mensen in de ruimte zijn.

Jongerenwerk

Ook het jongerenwerk in Nederland wordt grotendeels op een andere manier ingericht. Veel van de communicatie naar jongeren toe en (groeps)activiteiten verlopen nu online of telefonisch. Jongeren kunnen op die manier hulpvragen bespreken met anderen. Het betekent niet dat de jongerenwerkers niet meer op de straat te vinden zijn. De ontmoetingsplekken van jongeren worden aangegrepen om hen bewust te maken van het coronavirus en de getroffen maatregelen. En om daarnaast zorgelijke signalen uit de wijk op te vangen. Een mogelijkheid om toch de nabijheid te behouden is het organiseren van een wandeling, waarbij een luisterend oor kan worden geboden. Ook hierbij is het van belang dat groepsvorming voorkomen wordt en de anderhalve meter afstand in acht genomen wordt. Meer informatie is te vinden via het channel jongerenwerk.

Lokale (buurt)initiatieven

Overal in het land ontstaan lokale initiatieven die kwetsbaren mensen met praktische hulp ondersteunen en een luisterend oor bieden. Een voorbeeld is NLvoorelkaar. Dit is één van de platforms waar lokale bewoners met elkaar in contact kunnen komen om hulp te bieden of een vraag te stellen. Het sociaal werk benut deze initiatieven op grote school om mensen met elkaar te verbinden. Inwoners kunnen elkaar ondersteunen door bijvoorbeeld boodschappen te doen, een warme maaltijd te verzorgen, telefonisch contact of een gezellig praatje aan te bieden.

Dagbesteding zoekt alternatieven

Medewerkers van dagbesteding proberen contact te houden met hun cliënten. Uit inventarisatie blijkt dat ongeveer een derde van de dagbesteding is gesloten. Dat heeft grote consequenties voor deelnemers, hun naasten en de dagbesteding zelf. Movisie heeft aantal tips opgesteld om de dagbesteding te continueren in tijden van corona, contact te blijven houden en alternatieve vormen te vinden.

Wijknetwerk, blijf ook in contact!

Het is van groot belang, naast deze getroffen maatregelen, in contact te blijven met betrokken sociale partners. Zowel op het niveau van de inwoner als de wijk. De maatschappelijke organisaties zien gezamenlijk veel beter wat er gebeurt bij de inwoners en dit maakt het mogelijk om hen in samenwerkingsverband goed te blijven ondersteunen. Denk hierbij aan wijkagenten, wijkverpleging en huishoudelijk hulp, huisartsen, woningbouwverenigingen en Veilig Thuis. Probeer mogelijkheden te creëren om in gezamenlijk overleg te blijven. 

Dit artikel is het tweede deel van dit volledige artikel van Barbara Panhuijzen en Julia Ketel van Movisie. Het eerste deel gaat over het afwegingskader voor wel of geen fysieke ontmoeting.