Platform voor buurtontwikkeling

Opzoomeraars zijn het kloppend hart van Rotterdam

Een praktijkverhaal over opzoomeren en ABCD
Praktijkverhaal
13 december 2021
Afbeelding bewoners Annastraat

30 jaar geleden begonnen de Rotterdammers met opzoomeren. Inmiddels zijn er 2.000 straatnetwerken waar bewoners samenwerken aan een fijne straat want Opzoomeren doe je niet in je eentje.

 

Een bijzonder verhaal over de reis die Rotterdam in de afgelopen 30 jaar heeft afgelegd. Over de bewoners van de Opzoomerstraat die eind jaren 80 hun straat en buurt terug veroverden. Cormac Russell, expert in Asset Based Community Development, vertelt in dit verhaal hoe de bewoners na hun eerste acties vertrouwen kregen in hun eigen inzet, en hoe de systeemwereld langzaam mee veranderde.

Cormac Russell spreekt 3 gangmakers en deelt 3 belangrijke lessen over de kracht van het naar elkaar om kijken:

  1. Hoe belangrijk het gevoel iets bij te dragen is voor je gezondheid.
  2. Hoe zorg voor elkaar kan stromen, en ook tijdelijk verstopt kan raken, zoals het bloed in onze aderen.
  3. En hoe een straat een nest kan worden waarin we onze kinderen op de wereld zetten en jong en oud met elkaar verbinden.

Wat zou er kunnen gebeuren als dit Opzoomervirus de rest van de wereld aansteekt?

Lees dit bijzondere verhaal hieronder en lees alles over Opzoomeren in het Opzoomermagazine. Eerdere edities van het magazine vind je op Opzoomermee.nl

Zo begint het in de Opzoomerstraat in Rotterdam

Rotterdammers hebben het Opzoomeren uitgevonden. Aan het eind van de jaren 80 was de Op-zoomerstraat in het Nieuwe Westen de verloedering, onveiligheid en de drugsoverlast zat. De be-woners wilden niet langer wachten op de gemeente, politie en andere professionele instellingen. Een groep bewoners stak de handen uit de mouwen, pakte zelf de bezem, hing lichtbolletjes aan de gevel en knapte de straat op. Ze gingen het gewoon zelf doen. Ze zetten hun eigen talenten in en namen het heft in handen. Ze merkten dat ze dat ook goed konden. Ze zorgden uiteindelijk gewoon voor hun eigen leefomgeving. Ze hadden wat ze nodig hadden: gevoel voor hun straat, steun van hun buren en hun bezems.

Vindingrijker, sneller en beweeglijker

Naarmate de bewoners meer vertrouwen in elkaar kregen en hun straat terug veroverden, konden ze ook duidelijker aangeven welke steun ze van buitenaf nodig hadden. Het mooie was dat de overheid en instellingen ook veranderden. Beroepskrachten en bestuurders kregen meer vertrou-wen in de bewoners en gaven ze meer ruimte. Ze merkten dat bewoners vindingrijker, sneller en beweeglijker waren dan officiële instanties. Bewoners veranderden van passieve – en ontevreden – ‘klanten’ in actieve burgers. Voor de omkering kwam ook steeds meer erkenning. De Opzoomer-straat kreeg de Hein Roethofprijs voor preventie van criminaliteit en het Opzoomeren werd een van de grote voorbeelden voor de Rotterdamse sociale vernieuwing. Het beleid van sociale vernieuwing werd dan ook afgesloten met een dag die Rotterdam op zijn kop zette: de Opzoomerdag op 28 mei 1994. Opzoomer Mee werd in het leven geroepen om actieve straten te blijven ondersteunen.

Belangrijk voor de wereld

Dit verhaal, over de reis die Rotterdam de afgelopen 30 jaar heeft afgelegd, vind ik belangrijk voor de hele wereld. We merken in deze tijd steeds meer hoe alles in de wereld met elkaar verbonden is. We weten ook dat de ketting zo sterk is als zijn zwakste schakel. Hoe goed het met ons gaat hangt ervan af hoe goed het met onze zwakste medemensen gaat. Wat zou er kunnen gebeuren als dit Opzoomervirus de rest van de wereld aansteekt? Dat is helemaal niet zo’n gekke gedachte. Der-tig jaar geleden was er één Opzoomerstraat. Nu zijn er meer dan 2.000 straten waar bewoners het heft in eigen handen nemen en met elkaar zorgen voor mooie momenten en een sfeer van ver-trouwdheid.

Grote kans

Er is een belangrijke les die we kunnen leren van het Opzoomeren. Daarover gaat de rest van dit artikel. De pioniers van het Opzoomeren wachtten niet langer tot er redding van buiten kwam. Hun belangrijkste medestanders waren hun buren. De verandering kwam van binnen, niet van buiten. Dat is ook een les in democratie. De ene burger vindt de andere. Burgers met elkaar, dat is de kern van democratie. Zo groeit het vertrouwen dat je van betekenis bent, dat je kunt samenwerken, bewoners met bewoners. Dat is de basis. Van daaruit groeide ook de samenwerking met de over-heid, de politie, beroepskrachten en instellingen. Zo, in die volgorde, konden ze bereiken waartoe ze in hun eentje niet in staat waren. Dit is echt een voorbeeld van burgerschap voor de rest van de wereld. Ik zie het als de grootste kans op een toekomst voor ons allemaal. En dat zeg ik ook vanuit mijn ervaring in alle vijf de werelddelen waar ik gewerkt heb.

Lessen van de gangmakers

Ik heb het genoegen gehad om drie Rotterdamse gangmakers te spreken: Jaap van Duyn, Corrie de Groot en Aïcha Raqibi. We hebben het over te veel dingen gehad om hier allemaal te noemen, maar in de kadertjes in het Opzoomermagazine bij dit artikel vind je wat stukjes van ons gesprek. En hieronder staan de belangrijkste lessen die ik geleerd heb over de kracht van naar elkaar omkij-ken. Het zijn belangrijke lessen, juist in deze tijd.

1. Gezien worden en je opgenomen voelen

Gezien worden en je opgenomen voelen in een straat en merken dat je iets kunt bijdragen is goed voor je gezondheid, goed voor de veiligheid en voor je levensgevoel. Het helpt mensen om je heen als ze merken dat ze in een gemeenschap leven die bereid is bij te dragen aan een mooi leven voor iedereen. Dat maakt ons tot mensen, het versterkt onze betrokkenheid bij anderen en het maakt ons zorgzamer voor de plek waar we leven.

2. Zorg voor elkaar is een sterke en positieve kracht

Zorg voor elkaar is een sterke en positieve kracht. En net als het bloed in onze aderen stroomt deze kracht door onze straten en buurten. Maar het kan verstopt raken. Dan hapert de stroom en komt de onderlinge zorg niet zo makkelijk waar die nodig is. Opzoomeraars zetten die extra stap die no-dig is om het weer te laten stromen. Niet alleen naar degenen die ze aardig vinden of de mensen uit hun eigen bubbel. Ook voor degenen aan de rand, die zo makkelijk worden vergeten. Met Op-zoomeren krijgen de buren een naam, worden ze een persoon.

3. Het belang van samenleven in de straat

Opzoomeren laat zien hoe belangrijk het samenleven in de straat is. In die kleine ruimte ontmoeten buren elkaar, kijken ze naar elkaar om, laten ze met elkaar de hond uit, gaan ze afvallen, rouwen ze en lachen ze samen. Zo’n straat wordt een nest waarin we onze kinderen op de wereld zetten en jong en oud met elkaar verbinden. We vormen de gebouwde en de groene omgeving, en we wor-den er ook door gevormd. Als we verstandig zijn dan vinden we uit hoe onze buurteconomie voor ons kan werken en niet hoe wij werken voor een verre economie. We vinden uit hoe we voedsel kunnen telen en met elkaar eten, dicht bij huis. En in onze buurten scheppen we met elkaar een cultuur van zorgen voor elkaar waar ieders bijdrage welkom is omdat iedereen ertoe doet.

Verbanden zijn belangrijk

Opzoomeren doe je niet in je eentje. De verbanden die in iedere straat bestaan, zijn belangrijk voor het succes en de samenhang van het Opzoomeren. Die kleine verbanden zijn de lijm die de straat samenbrengt en het Opzoomeren doet groeien. Het helpt om het kleine en nieuwe groot te maken in de stad. De verbanden zijn klein, ze drijven op persoonlijk contact, maar toch is het een massa-beweging. Zo kan iedereen meebepalen welke kant het op moet en wat er moet gebeuren. Deze persoonlijke verbanden zijn uitstekende aangrijpingspunten voor de gemeente om lokale participa-tie en kracht te laten groeien.

Niemand uitgezonderd

Er zijn allerlei verschillende soorten verbanden binnen het Opzoomeren. Sommige met een echte organisatiestructuur, andere juist heel informeel, waar in het voorbijgaan dingen geregeld worden. Belangrijk is dat alle activiteiten gedragen worden door bewoners. De basis is steeds wat zij pas-send vinden, niemand vertelt ze wat ze moeten doen of hoe. Ze zijn bewoners, ze beslissen samen, in het algemeen belang, niemand uitgezonderd.

De bewonersladder van de ABCD-methode. De treden gaan van onder naar boven. Trede
1: slachtoffer. Trede 2: Ontvangers. Trede 3: Bron van informatie. Trede 4: Adviseur. Trede 5: Producent.

Wat doen die verbanden voor de stad?

Al deze verbanden doen belangrijke dingen:

  • Ze bereiken grote aantallen mensen. Of je als stad een beroep doet op 600.000 inwoners of op 2.000 straatnetwerken maakt een groot verschil. Die kunnen gesprekken in de stad op gang bren-gen en boodschappen beïnvloeden. Straatnetwerken kunnen veel meer bewoners stimuleren om hun bijdrage aan de samenleving te leveren.
  • Ze hebben een positieve invloed op de houdingen en het gedrag van mensen. Met elkaar weten mensen heel goed hoe het hoort. Sociale verbanden maken het gemakkelijker om elkaar daarop aan te spreken. Ze stimuleren medebewoners om een bijdrage te leveren.
  • Ze kunnen een veelheid van activiteiten dragen. Straatnetwerken kunnen één bepaalde functie vervullen, maar in de praktijk doen ze, bovenop datgene waarom ze oorspronkelijk ontstaan zijn, allerlei verschillende dingen. Een groep ouderen kan nieuwe buren welkom gaan heten, een tuin-groep kan voor openbaar groen gaan zorgen en weer een andere groep kan het gemeenschapsle-ven versterken. In veel Opzoomerstraten zijn veel verbeteringen een direct of indirect resultaat van straatnetwerken.

De parabel van het zwembad en de waterslang

Op een binnenterrein organiseren bewoners al een aantal jaren allerlei soorten activiteiten. Met Pinksteren willen ze een zwembad voor de kinderen neerzetten. Ze regelen een verplaatsbaar zwembad. Maar er moet wel 40 kubieke meter water in. Daar heb je echt grote waterslangen voor nodig. Gelukkig hebben de bewoners een goed netwerk in de stad. Uiteindelijk maken ze een af-spraak met de brandweer. Dat ziet er goed uit. Een paar dagen voor Pinksteren nemen ze contact op, maar wat blijkt? Hun contactpersoon is onvindbaar en niemand weet verder ergens van. Ze bellen met de ROTEB. Die willen graag voor water zorgen, maar ze hebben geen geschikte slangen. Maar ze weten wel een commercieel bedrijf. Die heeft wel slangen, maar die zijn 20 meter, terwijl ze 130 meter nodig hebben. Kun je je voorstellen hoe spannend het was? Maar het bedrijf wist wel een havenbedrijf dat industriële slangen had. Dus er wordt weer gebeld. “Geen probleem, kom de slangen maar halen!”. De bewoners arriveren vijf minuten voor sluitingstijd, de vrijdag voor Pink-steren, en ze krijgen de slangen mee. ’s Zondagsochtends vroeg komt de ROTEB de slangen aanslui-ten, er is water, de kinderen kunnen zwemmen. Een groot feest!

Dit verhaal is net een parabel. Het herinnert ons er aan dat bewoners aan de top van de ladder staan bij Opzoomeren (zie het plaatje hierboven). Ze zijn geen slachtoffers of passieve ontvangers van diensten van bovenaf. Ze zitten aan het stuur van de verandering, met het vertrouwen dat instellingen te hulp schieten als ze dat nodig hebben. Ze zijn onze beste leraren, want ze wijzen de weg naar voren. Woont er zo één bij jou in de straat? Prijs je gelukkig!

Dit verhaal verscheen eerder in het Opzoomermagazine. Lees in dit online magazine alles over Opzoomeren. Eerdere edities van het magazine vind je op Opzoomermee.nl

Lees meer: