Platform voor buurtontwikkeling

De taal van gastvrijheid in het buurthuis

Een praktijkvoorbeeld over kwartiermaken
Interview
afbeelding van Willeke Binnendijk  
20 februari 2023

Moni Hanasbei ondersteunt en coacht als kwartiermaker wijkprofessionals, vrijwilligers en actieve bewoners in de omgang met buurtbewoners met psychische kwetsbaarheid om zo ruimte te maken voor ander gedrag. Hoe gaat dat in het buurthuis?

 

‘Een tijd geleden werd ik gebeld door een beheerder van een buurthuis in een andere wijk.’ vertelt Moni Hanasbei, GGZ-coach welzijn/kwartiermaker in Amsterdam. ‘Hij vroeg om advies over een meneer die regelmatig het buurthuis bezocht en tijdens zijn bezoeken steeds vaker andere bezoekers lastigviel. Hij vertelde dat de bezoekers zich hierdoor onveilig voelden en heeft de man daarom uiteindelijk gevraagd om niet meer naar het buurthuis te komen.’

Omgaan met psychische kwetsbaarheid

Moni coacht buurtprofessionals en vrijwilligers in de omgang met bewoners met psychische kwetsbaarheid. Ze werkt als het ware om bewoners met een GGZ-achtergrond heen om de buurt ontvankelijker voor ze te maken.

In die rol ondersteunt ze de beheerder op afstand. Ze spoort aan om in contact blijven en richt zich op zijn herstel: ‘Ik vroeg de beheerder naar de periode voordat het slecht ging met de man. De man bleek eerder een eigen marktkraampje te hebben waar hij spulletjes verkocht en had toen goed contact met andere bezoekers. In de tussentijd is er iets gebeurd waardoor de man zich anders is gaan gedragen. Om een volledig beeld te krijgen vroeg ik of de beheerder wist of de man professionele hulp kreeg, en of er afspraken zijn gemaakt over wanneer hij weer welkom is in het buurthuis.’

Toewerken naar herstelgesprek

‘Het toewerken naar een herstelgesprek kost tijd. Het is een manier om deze meneer weer te laten terugkomen. Hierbij wordt rekening gehouden met zijn veiligheid én de veiligheid van de groep in het buurthuis. Omgaan met ander gedrag vraagt iets van bezoekers. Als iemand schreeuwt weten we nog wel te reageren, maar wanneer iemand ongrijpbaar gedrag vertoont dan wordt het anders. Passend reageren kan dan voor medebezoekers en buurtprofessionals uitdagend worden.’

Maatje ter plaatse

Om dit soort situaties in haar eigen wijk zoveel mogelijk voor te zijn promoot Moni een maatje ter plaatse: ‘Dat is iemand in het buurthuis met een GGZ-vriendelijke houding. Een bondgenoot en bemiddelaar voor mensen met een psychische kwetsbaarheid. Wanneer er bij dit buurthuis een maatje ter plaatse was geweest, had die mogelijk al eerder gesignaleerd dat het slechter ging met de man, en het gedrag bespreekbaar gemaakt. Dat is belangrijk want wanneer het misgaat is dat niet alleen ingrijpend voor andere bezoekers, maar ook voor de man. Hoe eerder je gedrag bespreekbaar maakt, hoe zachter je kan ingrijpen.’

Doortje Kal is grondlegger van het kwartiermaken en omschrijft het maatje ter plaatse als iemand die zich opwerpt als bondgenoot die waar nodig als bemiddelaar kan optreden. Een vertrouweling waarbij ‘de ander’ terecht kan. Maar ook iemand die ‘de ander’ aanspreekt, omdat medebezoekers zich niet veilig voelen. Lees in het boek Meedoen gaat niet vanzelf in hoofdstuk 5 Niches over het maatje ter plaatse. Het boek is hier te downloaden.

Toch is een maatje ter plaatse volgens Moni niet genoeg: ‘Idealiter probeer je allemaal goed om te gaan met ander gedrag. Anders hangt het af van de inzet van een paar personen en dat is geen echte gastvrijheid. Daarom geef ik regelmatig trainingen rondom een casus. Dan bedenken vrijwilligers en professionals samen hoe ze beter om kunnen gaan met een bewoner met een psychische kwetsbaarheid.'

Geen verplichting

Soms komt het initiatief juist van vrijwilligers: ‘Laatst kwam er een vraag van iemand die vaak achter de bar staat in het buurthuis. Hij wilde weten hoe hij beter kon omgaan met suïcidale uitspraken in gesprekken. Dat werd een mooie aanleiding voor een trainingsavond. Niet alle vrijwilligers hadden zin om deel te nemen aan de training. En dat hoeft ook niet, ik sta er niet achter om zulke dingen te verplichten.’

‘Hoe je praat over anderen is ook een vorm van gastvrijheid’

Er ligt volgens Moni wel een taak bij mensen met een coördinerende rol: ‘Soms hoor ik; “die doelgroep is te zwaar voor ons”. Dan vraag ik: “wie heeft het zwaar? En wat is zwaar precies?” Ik zoek voortdurend naar andere woorden om dingen te benoemen, want het is vaak de taal die mensen uitsluit; hoe er wordt gepraat over mensen met ander gedrag. Ook wanneer ze er niet bij zijn. Hoe je praat over anderen is ook een vorm van gastvrijheid.’

Moni vertelt hoe het uiteindelijk is afgelopen met de man met het kraampje: ‘De beheerder vertelde dat de man een half jaar later weer onderdeel is van de groep en samen met anderen voedselpakketten inpakt voor buurtgenoten.’

Dit interview is onderdeel van de buurtwijsserie over kwartiermaken in de buurt. Lees ook dit interview met Doortje Kal en Jeroen Gradener over de paralellen tussen opbouwwerk en kwartiermaken. En lees het andere praktijkvoorbeeld van Moni Hanasbei Gastvrijheid is ander gedrag leren begrijpen.
afbeelding van Willeke Binnendijk  

Willeke Binnendijk

Als freelance redacteur begeleid ik buurtmakers bij het schrijven van hun praktijkverhaal. Zij verzamelen de ingrediënten en ik ondersteun bij het vinden van de verhaallijn en de structuur.