Platform voor buurtontwikkeling

ABCD voor ‘beroepschaoten’

Hoe de ABCD-methode houvast bood bij jongerenoverlast in Venlo
Praktijkverhaal
afbeelding van Johnny Driessen  
29 september 2017
ABCD voor ‘beroepschaoten’

Foto's: Johnny Driessen

Deze week werd er een Jongeren Ontmoeting Plek (JOP) gerealiseerd in Venlo-Oost. Johnny Driessen, bewonersondersteuner in de wijk, vertelt hoe de ABCD-methode hem houvast bood tijdens dit complexe proces.

Toen ik in 2015 als bewonersondersteuner in Venlo begon, kwam ik terecht in een warm bad. Er waren veel initiatieven die ooit opgestart waren tijdens de ‘Venlodroom’ en die gerund werden door bewoners onder het dak van de Stichting Leutherberg. Alle groepen bewoners deden mee, behalve de jongeren. Niet zo gek ook als je bedenkt dat, ondanks de handtekeningenacties en een protest in de gemeenteraad, het goedlopende jongerencentrum in 2013 zijn deuren sloot vanwege de bezuinigingen. De jeugd kwam op straat te staan en voelde zich letterlijk buitengesloten. Er ontstond een kloof tussen jongeren enerzijds en instanties en andere bewonersgroepen anderzijds en het was nodig dat die kloof overbrugd zou worden.

In het verleden heb ik mij wel verdiept in de ABCD-methode van John McKnight, maar eerlijk gezegd liet ik mij in mijn werk veelal leiden door de waan van de dag. De letters ABCD stonden alleen in deze volgorde als ik het alfabet met mijn dochter repeteerde. Maar de nieuwe werksituatie vroeg om een aanpak die zorgvuldigheid en structuur kon brengen bij deze ‘beroepschaoot’ die ik ben. Omdat het een duidelijk stappenplan hanteert, besloot ik de ABCD-methode te gebruiken als leidraad in dit proces. 

De ABCD-Methode

STAP 1: In kaart brengen van talenten in de wijk

Al snel ontdekte ik dat er in Venlo een werkgroep bestond die zich bezighield met zwerfafval en jongerenoverlast die eens in de zes weken samenkwam (spoor 1). Ik sloot hierbij aan en had al snel door dat we in gesprek moesten met de jeugd (spoor 2). De werkgroep achtte ik hier sterk genoeg voor.

Ondertussen bemerkte ik dat een grote groep jongeren zich ophield op straat. Wie goed keek zag echter meer dan alleen een overlast gevende groep. De groep bestond uit jongeren die met elkaar opgegroeid waren, die elkaar door en door kenden, elkaar hielpen en waar nodig corrigeerden. Jongeren met ambities, behoeften, ideeën en talent. Ik leerde de ‘leiders’ van de groep kennen en ontdekte hun talenten.

Tegelijkertijd leerde ik een aantal ‘rolmodellen’ kennen die zich wilden inzetten voor de jeugd (spoor 3). Ik ontmoette twee moeders die iets wilden met het ‘verloederde’ speeltuintje in de buurt. Twee krachtige vrouwen vol passie en vuur. En ik leerde Rachid kennen, een man die zijn turbulente leven radicaal omgegooid had en zich voor had genomen om jongeren te behoeden voor de fouten die hij had gemaakt. 

Het was een proces van één stap achteruit zetten om er vervolgens twee vooruit te zetten

STAP 2: Bouwen aan relaties

Nu ik de wijk had leren kennen, was het zaak om deze drie sporen bij elkaar te brengen. Aftastende gesprekken werden gevolgd door open en vervolgens emotionele en spannende gesprekken. Zoals mijn moeder het zou omschrijven: 'Zonder wrijving, geen glans!' Uiteindelijk kwamen we als groep, middels een sterkte-zwakteanalyse van de buurt, tot een plan. Het idee was om de speeltuin op te knappen en jongeren een eigen plek te geven bij het Cruijffcourt. Een plan waar iedereen zich in kon vinden.

STAP 3: Activeren van de buurt

De oorspronkelijke werkgroep werd uitgebreid en we gingen aan de slag. Er volgden presentaties voor de gemeenteraad en ambtenaren, we nodigden politie en woningcorporaties uit om de plannen op locatie te bekijken. De jongeren speelden hier zelf een cruciale rol in. Door hun aanwezigheid werd er niet óver hen gesproken, maar mét hen. Een nieuwe – en voor sommige bewoners onwennige – situatie, waarin alle partijen begrip kregen voor elkaars standpunten.

STAP 4: Samenwerken rondom een visie en een plan

Nadat het plan door de ‘buurt’ en professionals was aangenomen, volgde de uitwerking ervan. Met de oudere jeugd spraken we af bij het Cruijffcourt. Echter, de aanwezigheid van de wijkagent maakte dit lastig. Het dwong mij letterlijk om naar de andere kant van het park te lopen om vervolgens met de jongeren terug te komen naar het court. Na een stroef begin leidden deze gesprekken toch tot concrete afspraken. Er werd in kaart gebracht waar een overdekte JOP ‘moest’ komen en waar verlichting gemist werd, na zonsondergang is het park namelijk pikkedonker. Samen met de wijkagenten en de straatcoaches stelden we ‘gedragsregels’ op. Na de toekenning van de subsidieaanvraag hebben we samen met de jongeren de JOP opgeknapt en hierna gezamenlijk hamburgers gebakken en gegeten, want: Why have a meeting, if you can have a party?

Het opknappen van de overdekte hangplek

De realisatie van de JOP staat echter niet op zichzelf. Het is een slotstuk van een ingewikkeld proces van twee jaar. Het was een proces van kleine stapjes, van vallen en opstaan, van komen en gaan. Een proces van één stap achteruit zetten om vervolgens twee vooruit te zetten. De ABCD-methode heeft mij geholpen om dit proces te overzien en het te begeleiden richting een mooi eindresultaat.

Ik weet nog dat een van jongeren trots naar mij toe kwam. ‘Johnny’, zei hij: ‘We hebben gedaan wat je zei. Vanaf nu sturen we de kleintjes niet meer weg van het Cruijffcourt, maar mogen ze een halfuur met ons meespelen!’ Deze verandering in de houding bij de jongens was de eerste belangrijke stap. Voor velen klein, maar voor deze jongeren groot! En voor de kleintjes nog groter: zij mogen nu met de stoere jongens meedoen.

Dank voor het lezen.

Johnny Driessen blogt regelmatig over zijn werk als bewonersondersteuner, zijn verhalen zijn terug te lezen op Assist Wijkwerk.

afbeelding van Johnny Driessen  

Johnny Driessen

Mijn naam is Johnny Driessen (1983), getrouwd en vader van een dochter, een zoon en verheugend op- / uitkijkend naar- / en in verwachting van de derde.

Lees meer: